Per 1 juli 2015 en per 1 januari 2016 gaat de WW veranderen. Tot op heden is dit relatief onderbelicht gebleven, maar ook dit komt voort uit de Wet werk en zekerheid.

Wijzigingen per 1 juli 2015

Mensen die op of na 1 juli 2015 werkloos worden krijgen – onder meer – te maken met deze nieuwe regels:

  • Opgeven en verrekenen van inkomsten
    De hoogte van de WW-uitkering wordt vanaf 1 juli 2015 vastgesteld door het verrekenen van inkomsten. De WW-uitkering stopt als de inkomsten uit werk per maand hoger zijn dan 87,5% van het WW-maandloon. Nu wordt het aantal gewerkte uren verrekend.

 

  • Werklozen geven zelf inkomen door
    Mensen met een WW-uitkering moeten zelf – na afloop van iedere maand – hun inkomsten doorgeven aan UWV. Dat moet ook als zij in een maand geen inkomsten hebben gehad. Pas als de inkomsten zijn doorgegeven zal de WW-uitkering worden uitbetaald.

 

  • Na 6 maanden is alle arbeid passend
    Voor mensen die langer dan 6 maanden werkloos zijn zal vanaf 1 juli 2015 alle arbeid passend zijn. Zij zullen vanaf dan dus ook moeten solliciteren op banen met een ander opleidings-, werk- en denkniveau. Ook als dit niveau lager is.

 

  • WW vult inkomen aan
    Het uitgangspunt wordt dat werken vanuit een WW-uitkering altijd loont. Als iemand minder dan 87,5% van zijn WW-maandloon verdient, dan houdt UWV 70% van zijn inkomsten in op de WW-uitkering. Dat betekent dat hij 30% van zijn inkomsten mag houden.

Rekenvoorbeeld
Een werknemer verdient € 2.500 per maand. Hij wordt werkloos.
De WW-uitkering is 70% van het maandloon; € 1.750 (in de eerste twee maanden is de WW-uitkering overigens 75%).
De werknemer gaat weer aan het werk voor € 1.500 per maand.
De WW-uitkering wordt dan (€ 2.500 – € 1.500) x 70% = € 700.
Het inkomen van deze werknemer wordt dan € 1.500 + € 700 = € 2.200;
Dat is € 450 meer dan wanneer hij niet werkt.

Overgangsrecht

Voor mensen die vóór 1 juli 2015 een WW-uitkering krijgen veranderen de regels niet. Dat kan anders zijn als er iets in hun situatie verandert. Als een werkloze bijvoorbeeld voor 1 juli 2015 een baan vindt en na 1 juli 2015 weer werkloos wordt, dan gelden de nieuwe regels wel.

Wijzigingen per 1 januari 2016

Ook per 1 januari 2016 wijzigt het een en ander, waaronder:

  • De duur van de WW-uitkering wordt korter
    Vanaf 1 januari is de duur van de WW-uitkering korter. De WW-uitkering is nu maximaal 38 maanden. Dat wordt – in stappen – maximaal 24 maanden in 2020.
  • Andere opbouw van de WW-uitkering
    Nu bouwen werknemers – grof gezegd – 1 maand WW op per gewerkt dienstjaar. Dat blijft zo voor de eerste 10 dienstjaren, maar daarna bouwen werknemers ½ maand WW op per gewerkt dienstjaar. De opbouw zal vanaf 1 januari 2016 dus minder snel gaan.

 

Voor meer informatie en persoonlijk advies over de (wijzigingen in de) Werkloosheidswet, kunt u uiteraard bij ons terecht.